Een derde van de dier- en plantensoorten in ons land heeft het moeilijk om te overleven, meldt het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Bij de reptielen is dat zelfs 71 procent, bij amfibieën en vlinders 60 procent.
Op de Rode Lijsten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek staat welke diersoorten in Vlaanderen, Wallonië en Brussel uitgestorven zijn of ernstig bedreigd worden. Uit onderzoek blijkt dat één op de drie Belgische soorten in de gevarenzone zit. Zeven op tien reptielen zijn met uitsterven bedreigd, zes op tien amfibieën, zes op tien vlinders, een derde van de zoogdieren en evenveel broedvogels.
“De percentages bij amfibieën en reptielen moet je wel relativeren”, zegt Dirk Maes, wetenschappelijk medewerker aan het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. “Omdat daar weinig verschillende soorten van voorkomen in België. Als er tien soorten zijn, waarvan zes bedreigde, zit je al aan 60 procent.”
Vlinders
De cijfers voor vlinders zijn veelzeggender. “Zij hebben het moeilijk omdat de schrale graslanden waar ze wonen, verdwijnen door de stikstof uit overbemesting.” Ook van de 1.460 plantensoorten is één op drie bedreigd, vooral in Wallonië.
Kunnen deze soorten nog gered worden? “Dan zullen we nu iets moeten doen. De landbouw stoppen is natuurlijk geen optie. Maar er zal toch iets in die richting moeten gebeuren.
Ook de versnippering is een groot probleem. De woongebieden van dieren worden kleiner en liggen verder uit elkaar. Als een gebiedje verdwijnt, kunnen dieren niet meer verhuizen, de afstand is niet meer overbrugbaar. We zullen de stukken natuur moeten verbinden en groter maken.”
Bron:GVA
SIMBA
Op de Rode Lijsten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek staat welke diersoorten in Vlaanderen, Wallonië en Brussel uitgestorven zijn of ernstig bedreigd worden. Uit onderzoek blijkt dat één op de drie Belgische soorten in de gevarenzone zit. Zeven op tien reptielen zijn met uitsterven bedreigd, zes op tien amfibieën, zes op tien vlinders, een derde van de zoogdieren en evenveel broedvogels.
“De percentages bij amfibieën en reptielen moet je wel relativeren”, zegt Dirk Maes, wetenschappelijk medewerker aan het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. “Omdat daar weinig verschillende soorten van voorkomen in België. Als er tien soorten zijn, waarvan zes bedreigde, zit je al aan 60 procent.”
Vlinders
De cijfers voor vlinders zijn veelzeggender. “Zij hebben het moeilijk omdat de schrale graslanden waar ze wonen, verdwijnen door de stikstof uit overbemesting.” Ook van de 1.460 plantensoorten is één op drie bedreigd, vooral in Wallonië.
Kunnen deze soorten nog gered worden? “Dan zullen we nu iets moeten doen. De landbouw stoppen is natuurlijk geen optie. Maar er zal toch iets in die richting moeten gebeuren.
Ook de versnippering is een groot probleem. De woongebieden van dieren worden kleiner en liggen verder uit elkaar. Als een gebiedje verdwijnt, kunnen dieren niet meer verhuizen, de afstand is niet meer overbrugbaar. We zullen de stukken natuur moeten verbinden en groter maken.”
Bron:GVA
SIMBA